Je hebt het vast ergens voorbij zien komen, bijvoorbeeld op YouTube, TikTok of op de website van een Nationaal Park: Leave No Trace. Maar wat bedoelen ze hier nu eigenlijk mee?
Het Leave No Trace (LNT)-principe komt uit de Verenigde Staten. Het is ontwikkeld door de US Forest Service en National Outdoor Leadership School, en het is eigenlijk een soort van filosofie om reizigers een beetje houvast te geven in de natuur. Het begon met zeven principes (ze noemen het geen regels, omdat het voor iedere situatie anders is), maar afgelopen jaar is er door social media een achtste bijgekomen. De principes zijn in volgorde van je reis: van het inpakken tot hiken, kamperen en interacties met wildlife. Dit zijn de zeven principes van Leave No Trace:
1. Plan en bereid je voor
Door goed te plannen kun je je impact op de natuur verkleinen. Doe research naar goedgekeurde en low-impact campings en routes als je voor langer dan een dag in een nationaal park of ander natuurgebied blijft. Neem je eigen eten mee met een veilig gasstelletje zodat je geen hout hoeft te sprokkelen. Zorg dat je genoeg warme kleren mee hebt en goed voorbereid bent op de reis die je gaat maken, zodat de kans klein is dat je gered moet worden mocht er iets misgaan. Er moeten ieder jaar veel onvoorbereide hikers gered worden, dus zorg ervoor dat jij daar niet bij zit!
2. Blijf op goede ondergrond
Er wordt weleens gezegd: ‘Neem alleen foto’s, laat alleen voetafdrukken achter,’ maar dat gaat eigenlijk niet op. Als je over modderige paden loopt, kan dit zorgen voor extra erosie en de lokale flora en fauna op het spel zetten. Daarnaast verpest je het pad voor als het wel weer droog is, omdat het dan een stuk dieper en oneffener is wat voor ongelukken kan zorgen. Als je een andere optie hebt, neem dan een droge route op grind of asfalt. Hetzelfde geldt voor kamperen: verblijf op kampeerplekken die ervoor bedoeld zijn om je impact te verkleinen.
3. Neem je rommel mee
‘Pak het in, pak het terug’: oftewel, wat je meeneemt op je hike neem je ook weer mee terug naar huis. Dit betekent niet alleen dat je al je eigen rommel weer mee terug neemt (neem dus altijd een vuilniszak mee!), maar ook dat je je eigen uitwerpselen verstopt. Het beste neem je een klein schepje mee om een kuiltje te graven zodat je je uitwerpselen kunt begraven. Zorg ervoor dat je een goede afstand houdt van het pad en de kampeerplaats, en niet in de buurt van water je behoefte doet. WC-papier gaat weer mee in je tast. Neem biologisch afbreekbaar afwasmiddel en zeep mee mocht je willen wassen, maar gebruik het alsnog voorzichtig. Mocht je toch nog afval tegenkomen, wees dan de goede persoon en neem het mee, als je plaats hebt.
4. Laat wat je vindt
Het lijkt niet zo’n probleem om een blaadje, steentje of schelp mee te nemen, maar als alle duizenden, al dan niet miljoenen, bezoekers dat zouden doen, dan hebben we een probleem. Neem daarom niks mee van je reis. Het lijkt ook een trend om stenen op te stapelen voor een Instagramfoto: doe dit niet! Je verpest niet alleen de ruige natuur voor de mensen na je, maar het is ook beledigend tegenover inheemse volken die er culturele waarde aan hechten. Daarnaast kan het voor erosie zorgen en mos beschadigen.
5. Houd het kampvuur tot een minimum
Ja, een kampvuurtje is gezellig, maar denk wel om de natuur om je heen. Een klein vonkje kan al voor een groot vuur zorgen! Wil je toch een vuurtje stoken, gebruik dan daarvoor aangewezen plaatsen zoals metalen vuurplaatsen of stenen cirkels. Houd je aan de lokale regels wat betreft kampvuren en wees voorzichtig. Zorg er altijd voor dat het vuur goed uit is als je weggaat, want ook smeulende kolen kunnen nog een vuur aanwakkeren.
6. Respecteer wildlife
Houd je afstand van wilde dieren, dat is wel zo veilig voor iedereen. Door dicht bij te komen voor een foto kun voor veel stress zorgen of zelfs het nestelen verstoren. Wees geduldig en laat dieren hun pad volgen. Wil je ze fotograferen? Gebruik dan een telelens om ze dichterbij te halen. Als je in een gebied bent waar beren zijn, zorg er dan voor dat je je voedsel op de juiste manier opbergt in veilige containers. Geef wilde dieren nooit eten!
7. Wees aardig voor anderen
‘Wat u niet wilt dat u geschiedt, doe dat ook een ander niet.’ Deze leefregel komt wellicht uit de Bijbel, hij geldt eigenlijk voor iedereen. Wees lief voor je medemens en zorg ervoor dat iedereen kan blijven genieten van de natuur. Mensen komen er om rust te vinden, dus zet geen luide muziek aan en houd geen feestjes. Geef mensen de ruimte op kampeerplekken en ga voor elkaar aan de kant op de paden.
Extra: 8. Wees bewust van je social media
In de laatste jaren is er veel overlast in nationale parken en natuurgebieden door dagjesmensen die alleen even dé Instagramfoto willen maken. Het is natuurlijk heel erg verleidelijk om een supermooie foto te posten op een afgelegen plek, maar dit kan er helaas wel voor zorgen dat er massa’s mensen naartoe komen om jouw foto na te maken. Het is daarom beter om niet de exacte plek te posten, maar liever het grotere gebied. Ook dit hoort bij Leave No Trace: voorkom dat er hordes mensen naar één plek komen. Tag daarom bijvoorbeeld liever ‘Yosemite’ of ‘The Rockies’ en niet je exacte locatie.
Openingsbeeld: Matteo Colombo / Getty Images