Het te laat openbaren van het kritische advies van de Raad voor de Rechtspraak over de invoer van 2G en de uitbreiding van de coronapas op de werkvloer was een ’foutje’, zegt demissionair coronaminister Hugo de Jonge. Het opmerkelijke tijdstip waarop hij het advies alsnog naar de Kamer stuurde – een dag voor kerstavond – berust volgens hem op toeval.
„Zodra ik erop werd gewezen dat we dat stuk als bijlage niet naar de Kamer hebben gestuurd, heb ik dat alsnog gedaan”, zegt De Jonge woensdag. Hij werd er naar eigen zeggen vlak voor Kerst op geattendeerd, terwijl het advies zelf dateert van 17 november.
De Kamer zou aanvankelijk op 6 december in debat gaan over de invoer van 2G, maar dat werd vooruitgeschoven vanwege de opkomst van de besmettelijke omicronvariant. Kamerleden Pieter Omtzigt en Nicki Pouw-Verweij (JA21) vragen in een reeks Kamervragen onder meer waarom het kritische spoedadvies niet voor het debat aan de Kamer beschikbaar is gesteld. „Dat debat hadden we dan zonder deze zeer cruciale informatie moeten voeren.” zei Pouw-Verweij. „Onacceptabel.”
„Een advies heeft alleen zin als het openbaar wordt gemaakt”, vindt ook Omtzigt. „Anders kun je die nieuwe bestuurscultuur wel weer netjes aan de wilgen hangen.”
Onvrede
De onrust die is ontstaan over het spoedadvies van de Raad, dat onder meer vraagtekens zet bij de proportionaliteit van de maatregelen en de macht van het Outbreak Management Team (OMT) bij de besluitvorming over de coronapas, vindt De Jonge ’een storm in een glas water’. Het kabinet heeft in de Memorie van Toelichting (de toelichting op een wetsvoorstel, red.) al een reactie gegeven op het advies, dus daar had de Kamer haar informatie uit kunnen halen, zo redeneert de coronaminister. Ook is het wetsvoorstel volgens hem mede op basis van dit advies ten dele aangepast.
„In de Memorie van Toelichting kon de Kamer al lezen dat er een advies was en wat het kabinet ervan vond. Dus met het punt over de informatievoorziening aan de Kamer is er niet zo gek veel aan de hand. Het enige foutje is dat wij het advies zelf niet hebben toegestuurd. En toen we erop werden gewezen van, ’hé, het advies zelf zit er niet bij!’ hebben we dat alsnog gedaan.”
Delen van het advies komen echter niet terug in de samenvatting van het advies in die Memorie van Toelichting. Het gaat daarbij om vrij cruciale en kritische punten: zo stelt de Raad dat het OMT niet over mensenrechten gaat, dat het onduidelijk is bij welk epidemiologisch beeld er een einde kan komen aan vrijheidsbeperkende maatregelen, en vraagt de Raad zich af hoe het zit met werknemers die geen coronapas kunnen tonen en of zij daarvoor ontslagen kunnen worden.
’Niets achtergehouden’
De Jonge zegt desgevraagd wel te snappen dat de Kamer het volledige advies had willen hebben, en niet alleen de kabinetsreactie op het advies. „Tuurlijk, daarom wordt zo’n bijlage ook meegestuurd. Het punt is alleen dat er nu een suggestie wordt gewekt van ’oh, er is een stuk achtergehouden’. Nou, helemaal niet. Er is een stuk niet meegestuurd dat wel meegestuurd had moeten worden. Er gaan vele brieven de deur uit per dag, en daar zit weleens een foutje tussen.”
Het snoeiharde rapport van de Raad voor de Rechtspraak vormt voor De Jonge geen aanleiding om de voorgenomen uitbreiding van de coronapas op de werkvloer en de invoer van 2G te herzien. „De lijn van het kabinet is gewoon helder: als je niet langer dan noodzakelijk in lockdown wil zitten, dan zul je 2G moeten invoeren. Het is aan de Kamer om die keuze uiteindelijk te maken. Maar het kabinet is duidelijk: wij zijn voor 2G zodra dat qua besmettingsaantallen weer kan, en ik hoop en verwacht dat de Kamer uiteindelijk ook die keuze zal maken, hoezeer ze daar ook tegenaan hikken.”